Page 23 - Pdrh 1953
P. 23
te feunsit
„De grootste hinderpaal tot persoonlijk contact is de onbekwaamheid om
met verstand te luisteren, daarbij begrip tonend voor het standpunt van
de ander." Heel nuchter en heel onopvallend stond deze zin in een be-
schouwing over goede verhoudingen in het bedrijfsleven, die wij toevallig
onder ogen kregen. Nu is het meestal zo bij waarheden, die zo greet zijn
als de spreekweerdelijke kee, dat men er zender meer everheen leest.
Tech werdt in deze enkele zin de kern van alle menselijke contact ge-
raakt. Niet alleen in het bedrijfsleven, maar everal en altijd waar mensen
met elkaar praten en met elkaar samenwerken gaat het immers em dat ene
punt: luistert men werkelijk naar wat de ander zegt en peegt men eek
begrip ep te brengen veer het standpunt van de ander? Oek al zeu men
dit eigenlijk niet willen accepteren?
leder mens heert vaak discussies ever de meest uiteenlepende onderwer-
pen. Maar al te vaak blijkt dan dat de „kemphanen" volkomen langs
elkaar heen praten. Elk van hen streeit vurige argumenten uit ever het
heefd van zijn tegenstander, zet zijn beteeg kracht bij met felle hand-
gebaren en put zich uit in lange volzinnen. Dat deet de ander eek. Hee
vaak gebeurt het niet, dat men als toescheuwer bij ze'n discussie zich niet
aan de indruk kan enttrekken, dat beide debaters wel geed spreken, maar
slecht luisteren. Of dat ze alleen naar bun eigen beteeg luisteren. Het is
geen wonder, dat men ep deze manier maar zelden tot een eindresultaat
kemt. Meestal blijft elk der partijen hardnekkig aan zijn eigen standpunt
vastheuden en wil men geen centimeter wijken. „Uit de botsing der me-
ningen springt de waarheid naar veren", zegt een Frans spreekwoerd.
Dat is zeker waar. Maar alleen als de mensen, die hun meningen laten
betsen, 66k de kunst van het luisteren met verstand verstaan. En dan meet
het deel van de discussie zijn, samen achter de waarheid te kemen en
het keste wat keste, het eigen standpunt, de eigen zienswijze te doen
zegevieren. Alleen wie prebeert de dingen te zien zeals de ander ze ziet
en dan verder redeneert-, krijgt werkelijk contact met de ander. Pas dan
kemt men „ep dezelfde gelflengte te liggen" en heeft de discussie zm.
Dat wil heus niet zeggen, dat men demweg alles zeu meeten slikken wat
er verteld werdt en iedereen gelijk zeu meeten geven. Dat zeu karakter-
lees zijn. Maar het gaat erem dat men leert te luisteren, leert ep tijd zijn
mend te heuden en de eren wijd open te zetten. En dat men eek werke
lijk epneemt wat de ander zegt en prebeert em dit te verwerken zender
veereerdelen en geveeligheden.
Wie goed kan spreken is een belangryk mens. Wie goed kan luisteren is nog
belangryker.
iiiiiiiiniiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiitiiiiiiiiiiiiniitiiiiiitiiiiiiimiiimiiiiiiimi
PDRH wordt uitgegeven door de personeelraad van Radio-Holland N.V. onder redactie
van M. J. van Duln en W. R. v. d. Eyk. Redactie-adres; Frederik Hendrikstraat 198 1,
Amsterdam-W.
iiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiMiiniiimiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiimiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMitiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiii